Heijendaalseweg 300, 6525 SM Nijmegen
024 - 355 80 29
sss.nijmegen@kloosterbrakkenstein.nl

Preek Zonnebloemviering

Zaterdag 17 december, Pater Fons

Over enkele dagen is het weer Kerstmis. Veel mensen speuren in deze dagen sterker dan anders de nabijheid van God. Ik heb altijd de indruk dat in deze dagen de mensen stiller worden, dat hun hart weer opengaat voor liefde, vergeving en vrede, dat zij liefdevoller zijn voor elkaar. 

Mensen die maandenlang niet meer met elkaar spreken, maken het weer goed met elkaar. 

De kinderen geven zich weer de moeite om een beetje inschikkelijker te zijn voor hun ouders. Men begrijpt in deze dagen meer het leed van ouderen, zieken en eenzamen. 

In het hele land zijn er speciale kerstvieringen zoal deze. Speciale middagen. Er worden kleine attenties gegeven, de minstbedeelden krijgen een kerstpakket, Er is aandacht voor elkaar.

Door deze houding van liefde en vrede kun­nen wij God, als de God met ons, voor elkaar meer nabij brengen. 

Met Kerstmis wordt de goedheid en mensenliefde van onze God in Jezus weer voor ons meer zichtbaar. God heeft iedere mens lief en omdat liefde de nabijheid zoekt, is God in Jezus midden onder ons komen wonen. Hij heeft zijn woning opgeslagen midden onder de mensen om bij hen te blijven wonen en aan allen die in Hem geloven, heeft Hij de macht gegeven kinderen van God te worden. 

Zo mogen wij een nieuw leven beginnen, samen met God, die bij ons wil zijn in goede en kwade dagen, in armoede en rijk­dom, in ziekte en gezondheid. Wij zijn niet meer aan ons lot over­gelaten; God is ieder van ons nabij als een helpende, reddende God.

Misschien roepen deze woorden bij sommigen van u wel een onbewuste reactie op. 

Want op dit ogenblik ervaart u misschien maar heel weinig van die nabijheid van God in uw eigen leven. Daarvoor is hun leven misschien te veel gekenmerkt door zorgen, ziekte of eenzaamheid. 

Ik kan mij heel goed uw situatie indenken. Hoe moeilijk is het te horen spreken van Gods bevrijdende nabij­heid, als alles in ons leven zo duister schijnt, dat zelfs God een vraagteken wordt. 

Zoals Jezus zelf, zoals de Kerk, zo moeten wij ook leren leven met bepaalde tegenstellingen. 

Wij leven te midden van de dood; wij sterven dagelijks en we verrijzen; wij misluk­ken en slagen, wij lachen en wenen vaak tegelijk. 

Zo was ook de situatie van de H. Jozef. Hij was het spoor van God kwijtgeraakt; hij leefde temidden van spanning en twijfel. Het was alsof hij alles zelf en alleen moest oplossen. 

En dan ineens mocht hij weer die helpende nabijheid van God ervaren. “Wees niet bang, juist dat kind van de maagd Maria, zal voor u en voor heel de wereld een teken zijn van ‘God met ons’ en daarom moet ge hem Immanuel noemen.”

En deze Immanuel, de God-met-ons ging aan de kant staan van de kansarmen. 

Zijn rijk is gebouwd op recht en gerechtigheid. Daarom ook draagt Hij de titel ‘vredevorst’
En in het evangelie hoorden wij, dat de nieuwe vredevorst wordt neergelegd in een voederbak. En hij krijgt bezoek van mensen-aan-de-rand, herders, die beschouwd werden als tweederangs mensen. In deze vredevorst ontmoeten wij een heel unieke manier van leven, van liefhebben en geloven, van genezen en bevrijden.

Zeker, als wij dan het woord ‘God’ op de lippen nemen, doen wij iets dat heus niet zomaar voor de hand ligt. Integendeel. Denken we maar eens aan wat er momenteel gaande is aan terreur, oorlog in Oekraïne, hongersnood, overvolle asielcentra’s. klimaatproblemen.

Dan wordt het uiterst moeilijk het woord ‘God’ in de mond te nemen. In elk geval bestaat God niet als een almachtige heerser die alles even wil maken en breken.

Maar er is wel iets heel anders. 

Altijd opnieuw zijn er mensen, ook in onze tijd en overal, die door hun manier van leven iets van God laten zien, Mensen die zich toewijden aan de levenskansen van anderen en die zo voor elkaar het leven draaglijk maken. 

Mensen die je kunt vertrouwen, die geen kwaad met kwaad vergelden, maar bedacht zijn op gerechtigheid. 

Mensen die in en vanuit Jezus Messias iets van God aan het licht brengen. 

Mensen vaak die door bittere teleurstellingen zijn heengegaan en die toch niet verbitterd zijn. Dat licht schijnt nog altijd in de duisternis. 

‘Het volk dat in duisternis gaat, heeft een groot licht gezien’, hoorden we bij Jesaja. 

Dat slaat ook op mensen hier en nu, ook op ons. Ook op mensen die voor u zorgen, die voor u klaar staan, een beetje licht brengen in de duisternis.

Om in dit licht te blijven geloven, vieren wij Kerstmis.

Ik denk zelfs dat wij vandaag de dag Kerstmis hard nodig hebben, juist nu in de wereld veel zien gebeuren dat onzeker en ongerust maakt, duisternis veroorzaakt.

‘Vandaag is … uw Redder geboren; Hij is de Messias, de Heer’. 

Ik wens ons toe, dat wij vanuit die kerstboodschap steeds meer geloven en werken aan een wereld waarin men alles met elkaar deelt. waarin men God met elkaar deelt. waarin men elkaar staande houdt; aan een wereld waarin open handen. open oren, open harten kenmerkend zijn; aan een wereld vol broederlijkheid. vol zusterlijkheid. vol helende en bevrijdende menselijkheid. 

In zo’n wereld gloeit de liefde, brandt het hart, ontvlamt verrijzenis luistert men naar het visioen, bouwt men aan het huis van vrede, schuilt men onder het dak van de mensgeworden God.
In deze zin: een lichtend kerstfeest! Amen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *