Heijendaalseweg 300, 6525 SM Nijmegen
024 - 355 80 29
sss.nijmegen@kloosterbrakkenstein.nl

Preek van de week

Zondag 21 mei, 7e zondag van Pasen, Pater Jim

Dit is toch een wat vreemde zondag, zo tussen Hemelvaart en Pinksteren. Het is een zondag van “niet meer…”, en van “nog niet…” Niet meer: sinds Hemelvaart zijn we niet meer in het gezelschap van Jezus. Maar ook hebben we nog niet de H. Geest ontvangen. Die vreemde tijd brengen we door in de Bovenzaal, met de leerlingen, Maria en enkele anderen. In afwachting. En in gebed. 

“Niet meer”, en “nog niet”. Misschien sluit deze wat ongemakkelijke positie aan bij de manier waarop velen in het geloof staan. We hebben in de loop der jaren de grote verhalen meegekregen. In elke Mis horen we lezingen uit de Bijbel. Die vertellen het verhaal over de reis van God met de mens, uitlopend in de geboorte van Christus, met als hoogtepunt de verrijzenis, waarbij de deur naar de hemel voor ons wordt heropend. 

Een mooi geloof, dat we elke zondag opnieuw verwoorden in de geloofsbelijdenis, die eindigt met “de verrijzenis en het eeuwig leven”. Wellicht belijden we dit vol overtuiging, toch kan er ook dat gevoel zijn van “nog niet”. De verrijzenis? We moeten het nog zien. De wederkomst van Christus? We hebben Hem nog niet zien terugkomen op een wolk, zoals bij zijn Hemelvaart werd voorspeld door die twee engelen. 

Zo kunnen we ons in het geloof wat verweesd voelen, net als de leerlingen in de eerste lezing van vandaag. We weten hoe kleingelovig zij konden zijn. Jezus had zijn verrijzenis meerdere malen aangekondigd, maar toen het zover was, konden ze het niet geloven. Kort voor zijn Hemelvaart heeft Jezus de komst van de Helper aangekondigd; maar nu in de Bovenzaal is het maar afwachten wat daarvan terechtkomt. En wat moet je je eigenlijk voorstellen bij zo’n Helper, bij die Geest? 

Het is opvallend dat Maria nu aanwezig is in de Bovenzaal. Ruim veertig dagen eerder, bij het Laatste Avondmaal, was ze er niet. Ook niet op Paaszondag, toen de verrezen Heer ineens binnenkwam. Nu wordt haar aanwezigheid nadrukkelijk vermeld. 

Dat kan twee redenen hebben. De eerste heeft te maken met wat er gebeurde op Golgota. Maria en Johannes stonden bij het kruis. Jezus heeft Maria toen als moeder van Johannes aangesteld. Als apostel was Johannes het symbool voor de kerk. Daar al werd Maria moeder van de kerk. Nu, na de Hemelvaart, in de Bovenzaal, is die kerk in oprichting bijeen; logisch dat Maria daarbij was. 

De tweede reden heeft te maken met het gebed. In die Bovenzaal werd gebeden, samen met Maria. Het is het enige keer in de Bijbel dat we over Maria horen dat ze in gebed is. De moeder van Jezus en moeder van de Kerk bidt met ons. Zij is het verbindend element tussen aarde en hemel, tussen dat “niet meer” en “nog niet”. 

Die verbindende kracht heeft ze nog steeds, en daarom zoeken we haar nabijheid. De overste van dit klooster, pater Fons, is nu een paar dagen in Banneux om een Maria-bedevaart te begeleiden, met enkele honderden deelnemers. Onlangs was het aartsbisdom Utrecht op bedevaart in Lourdes, met 1300 deelnemers. Door de nabijheid van Maria en haar verbindende kracht kunnen we in ons geloof worden gesterkt. 

Maar het is niet de bedoeling dat we het gebed aan Maria overlaten. In die eerste lezing van vandaag staat immers: “Zij állen bleven eensgezind volharden in het gebed.” Dat is wat wij op weg naar Pinksteren ook mogen doen. Eensgezind en volhardend bidden om de komst van de Geest; bidden voor de Kerk, bidden voor de wereld. 

Binnenkort, op woensdag 31 mei, is er een wereldwijde gebedsdag voor een grote bijeenkomst later dit jaar over het synodale proces, dat paus Franciscus in gang heeft gezet. In een onlangs verschenen tussendocument staat: “De Geest vraagt ons te luisteren naar de schreeuw van de armen, en van de aarde, en in het bijzonder naar de wanhopige slachtoffers van oorlog, die om een rechtvaardige vrede vragen.”

Misschien kennen we niet alle antwoorden op de grote geloofsvragen. 

We weten wel wat ons te doen staat.
                                                                                                                                    

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *