Heijendaalseweg 300, 6525 SM Nijmegen
024 - 355 80 29
sss.nijmegen@kloosterbrakkenstein.nl

Preek van de week

Zondag 15 januari, Pater Fons

Stel dat Philip Freriks in de quiz: de Slimste Mens zou vragen: wat weet u over het Lam Gods.
We zoeken enkele trefwoorden. Allicht komt onmiddellijk: een schilderij van de gebroeders Van Eyck. Een altaarstuk eigenlijk.. Het bevindt zich in de Sint-Bavokathedraal in het Belgische Gent. Dan hebben we met van Eyck en de Sint Bavo al 2 trefwoorden.
Waarschijnlijk vindt iemand wel dat het de vertaling is van Agnus Dei, een gebed dat in de mis voorkomt en dat inspiratie bood aan Mozart, Fauré en vele andere componisten.

Zou er iemand zeggen: één van de benamingen die in de Bijbel voor Jezus Christus worden gebruikt?

Inderdaad, als Johannes de Doper Jezus naar zich toe ziet komen, is dat de eerste benaming die hij Hem geeft: “Zie het Lam Gods” en hij voegt eraan toe “dat de zonden van de wereld wegneemt”.

In het joodse geloof en de joodse traditie is het lam een eeuwenoud en heel belangrijk symbool.
Het lam verbeeldt dan de zwakheid, de machteloosheid, het lijden. 

Het lam staat zo in contrast met de wolf, symbool van wreedheid en kracht, van machtsmisbruik. Het lam wordt door de wolf gedood en verslonden. Een beeld dat in ons land inmiddels vertrouwt is. 

Het lam staat voor het lijden in dit leven.

En Jezus is dan het Lam Gods, dat het lijden uit de wereld wegneemt.

Maar misschien is dat wegnemen iets te gemakkelijk voor ons. 

In het latijn staat er een vorm van het werkwoord tollere. 

En dat betekent eigenlijk in de eerste plaats: dragen. En daarvan afgeleid ook verdragen en 

vér dragen, wegdragen en uiteindelijk wegnemen.

“Lam Gods, die het lijden van de mensen draagt”. 

En wat is het lijden van de mensen?
Het zijn oorlogen met vele onschuldige slachtoffers en met al haar economische gevolgen en natuurrampen, al dan niet door klimaatverandering. Lijden dat mensen elkaar aandoen en lijden dat mensen overkomt. Het gaat bijvoorbeeld over  ongelukken en ziekte.
Het gaat over een onschuldig kind van amper zeven jaar dat na een lange strijd tegen een vreselijke ziekte, uiteindelijk toch sterft. En een hele familie, een hele gemeenschap verweesd, niet-begrijpend en machteloos achterlaat.

Jezus, het Lam Gods, neemt dat lijden niet weg.
Dat zou in dit geval echt niet mogelijk zijn. Hij geeft er ook geen zin of betekenis aan, want die is er niet. 

Maar met Johannes willen wij geloven dat Hij het wel mee draagt, dat Hij mee lijdt, dat Hij de mensen die getroffen worden door leed dat eigenlijk niet te dragen is, toch nabij blijft.

Maar het gaat niet alleen om lijden dat de mens overkomt, hoe diep dat lijden ook kan snijden.

Johannes zegt: “Zie het Lam Gods, dat de zonde van de wereld wegneemt”. 

En zonde is kwaad, is lijden dat mensen elkaar aandoen. Dat leed wil Jezus op zich nemen en wegnemen, daarvan wil Hij de mensen verlossen.

De dag van vandaag hebben wij het misschien moeilijk om het begrip zonde te begrijpen en te definiëren.
Ik vond  een mooie en nauwkeurige omschrijving: zonde is andere mensen bewust en vrijwillig  pijn doen. 

Zoveel geweld – fysiek of verbaal – gebruiken dat mensen gaan schreien.
Mensen vernederen tot tranen toe. Mensen doen huilen van machteloosheid. 

De Bijbel heeft het over geldwolven en machtswolven, wolven die lammeren roven. Wolven maken anderen tot machteloze lammeren. 

Zonde betekent: wolf zijn, andere mensen tot weerloze wenende lammeren maken.

Die zonde wil Jezus dragen en wegnemen, daarvan wil Hij de mensen verlossen. Al te gemakkelijk zeggen wij dat Hij dat deed door zijn kruisdood, door als een willoos en machteloos lam zich te offeren voor ons allemaal. 

Maar Hij deed het evenzeer door zijn leven, door zijn voorbeeld. Hij heeft ons geleerd en getoond, Hij heeft ons voorgedaan hoe wij de zonde uit ons leven kunnen wegnemen.

Dat doen we door geweld nu eens niet met geweld te beantwoorden.
Door af te stappen van het oude principe: oog om oog, tand om tand. 

Door zich weerloos als een lam op te stellen. Door de machtswellust en de wreedaardigheid van de wolf te beantwoorden met liefde. 

Dat doen we ook door – samen met het Lam Gods – het lijden van medemensen mee te dragen. Mede-lijden is misschien het meest wezenlijke kenmerk van het Lam Gods.

Maar op het einde van het evangelie van vandaag geeft Johannes Jezus nog een andere naam.
Hij noemt Hem de Zoon van God. Nog zo een benaming waarmee we het moeilijk kunnen hebben. En toch is het ook zeer herkenbaar. 

We zeggen toch geregeld als we het over iemand hebben: “Je ziet toch dat het zijn zoon is. Je ziet het niet alleen aan de fysieke gelijkenis, de manier van praten en bewegen, je merkt het ook aan zijn karakter”.

Vaak herkennen we in de zoon ook de vader.
Jezus zegt het trouwens herhaaldelijk: “Wie Mij kent en eert, kent en eert ook de Vader.”

Als Jezus dus het lijden van ons, mensen, mee wil dragen, zal ook zijn en onze Vader dat doen. In Jezus wordt God de Vader vermenselijkt. 

Hij staat aan de kant van mensen, ook als zij door onnoemelijk leed worden getroffen. Hij staat aan de kant van de lammeren en niet aan die van de wolven.
Dat is uiteindelijk ons geloof.
En onze hoop.

Wij zijn en blijven machteloze lammetjes, maar wel vol geloof en hoop.

Amen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *