Heijendaalseweg 300, 6525 SM Nijmegen
024 - 355 80 29
sss.nijmegen@kloosterbrakkenstein.nl

De Zingever

Column door Henk Overdijk.

WONDER

Er bestaat een mopje, ik heb het niet zelf bedacht, over een paar monniken en een dominee. Het is vast een oude grap, want zowel monniken als dominees zie je steeds minder…

Het gaat zo: op een mooie dag besluiten twee kloosterlingen een hengeltje uit te gooien. Ze nemen, een paar meter van elkaar, plaats aan de oever van een riviertje. Heerlijk in de zon zitten ze relaxed naar hun dobbertje te turen.

Een dominee komt voorbij… Die twee hengelende monniken roepen iets bij hem wakker: een groot verlangen om ook zélf een hengeltje uit te gooien. Dus snelt hij naar huis om zijn hengel te halen, en even later neemt hij op kleine afstand plaats naast de monniken.

Het duurt niet lang, of een monnik krijgt beet. Bedaard legt die zijn hengel neer, loopt over het water naar de plek waar de dobber is ondergegaan, trekt de lijn omhoog, haalt de vis van het haakje, doet er nieuw aas aan, laat de haak weer zakken. Vervolgens wandelt hij rustig over het water terug naar de wal… De dominee ziet het met verbijstering aan…

Even later heeft de tweede monnik beet. Ook hij legt rustig zijn hengel neer, loopt over het water, haalt de lijn omhoog, vis er af, nieuw aas er aan, het zaakje weer laten zakken, en dan, heel rustig over het water terug naar de oever… De verbijstering bij de dominee is nu gigantisch geworden…

Tja, en dan krijgt de dominee zélf beet… Pijlsnel zakt zijn dobbertje de diepte in… Wat nu? Enigszins onzeker kijkt de predikant in de richting van zijn katholieke broeders…

Hij legt zijn hengel neer… Loopt manmoedig het water in…. Tot zijn enkels… Tot zijn knieën… Tot zijn heupen… Tot hij bijna kopje onder gaat… De monniken kijken toe, en de éen zegt tegen de ander: ‘dominee heeft wel een groot geloof, hij weet alleen niet waar de stenen liggen…

Bij het wonder zoeken we graag naar een verklaring. Want het kán toch niet, die wonderdaden waar de bijbel van vertelt. Het kán toch niet, dus gaan we op zoek naar het ‘hoe dan?’ Bijvoorbeeld dat het gezichtsbedrog was, toen de discipelen Jezus over het water zagen lopen. Net zoals je op een warme dag voor je op de weg in de verte water ziet, een soort luchtspiegeling… Of wonderen worden verklaard uit massasuggestie of verbeelding. Net zoals je bij een boswandeling wel eens een gestalte ziet staan, een mens of een dier, die bij nader inzien gewoon een boom of struik blijkt te zijn.

Maar zo missen we de betekenis van het wonder. Het wonder wil niet spotten met de natuurwetten. Het wonder is geen goddelijke goocheltruc… Maar het wil iets oproepen… Het wil bemoedigen, inspireren, laten zien dat alles niet altijd net zo hoeft te blijven als het is… Het wonder zegt tegen ons, misschien zelfs wel een beetje ironisch: ‘mens, er is méer dan je verstand… Dat verstand heeft je heel veel geleerd en heel veel gebracht. En we kunnen niet zonder… Maar wie niet open staat voor het wonder, wie niet leven kan met wat niet te verklaren is, die mist een boel. Want het goede van God komt op onverwachte manieren tot ons… Dat moet je willen zien… Misschien zie je dan zelfs het wonder in je eigen leven!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *